Page 12 - brochure_haspengouw
P. 12

Het patrimonium is een beetje van iedereen
Het spreekt vanzelf dat de eigenaar van een woning met een redelijke vrijheid over zijn bezitting moet kunnen beschikken. Dit houdt echter niet in dat hij om het even wat mag aanrichten met de gebouwen die hij bezit. In een goed functionerende maatschappij reiken de rechten van het individu slechts zo ver dat de rechten van de andere individuen, en de samenleving in zijn geheel, niet worden geschaad.
Immers, elk gebouw heeft ook een publieke functie. Het levert een bijdrage tot het aangezicht van het dorp, tot de schoonheid en de identiteit van de streek, en tot het verhaal van een samen- leving. Samen geven de gebouwen, de open ruimte en de openbare ruimte één identiteit aan de omgeving. Een ingreep aan één gebouw mag dan ook niet ten koste gaan van de betekenis en de kwaliteit van het geheel.
In het verleden is niet altijd even zorgzaam met dit erfgoed omgegaan. Veel schoonheid en authenticiteit zijn onherroepelijk verloren gegaan. Dit is eens te meer een reden om met uiterste zorg om te gaan met datgene wat er nog van kwaliteiten overblijft. De bouwheer, de ontwerper en de overheid hebben dus een belangrijke verantwoordelijkheid.
Mijn huis staat nooit alleen
Of het nu een hoeve, een daglonerswoning, een monumentale notariswoning of een kerk betreft, elk gebouw staat steeds in een “context”. Hiermee bedoelen we: zowel de plaats waar het gebouwd is, de omringende gebouwen waartussen het zich bevindt, maar ook zijn histo- rische en culturele achtergrond. Door deze context krijgt het gebouw zijn waarde, zijn kracht en zijn betekenis. Zonder deze context wordt het een betekenisloos object. Om een gebouw te begrijpen en er kwaliteitsvol mee om te gaan, is het vóór alles van belang deze context te kennen, te begrijpen en te waarderen.
Wie aan oudere gebouwen wat wil doen, start dus best met het leren kennen van de context ervan. Pas daarna kan men goede beslissingen nemen over renovaties, uitbreidingen of wijzigin- gen. Het kan interessant zijn hiervoor een beroep te doen op de bijstand van een deskundige, bijvoorbeeld een historicus of een gespecialiseerde architect. Als het gaat over een beschermd gebouw, is een historische nota en een gedetailleerde opmeting en beschrijving trouwens een vereiste bij de aanvraag van een stedenbouwkundige vergunning.
11
Bescherming van monumenten
Om merkwaardige en uitzonderlijke gebouwen, landschappen en dorpsgezichten voor de toekomst te vrijwaren, kan de overheid ze beschermen. U kan zelf een aanvraag tot bescher- ming indienen, maar in praktijk is het doorgaans de afdeling Monumenten en Landschappen van de Vlaamse Gemeenschap die beschermingsvoorstellen indient. Om voor bescherming in aanmerking te komen moet het gebouw een waarde van algemeen belang hebben op artistiek, wetenschappelijk, historisch, volkskundig, industrieel-archeologisch of ander sociaal- cultureel vlak.
Niet enkel kerken of kastelen kunnen als monument worden beschouwd. Ook boerderijen, woningen, tuinen, zelfs bomen kunnen in aanmerking komen. Ook gaat het niet noodzakelijk om zeer oude gebouwen. Belangrijker is dat het pand in kwestie een authentiek en gaaf exemplaar is van een waardevolle bouwstijl.
Groepen van gebouwen met een hoge beeldkwaliteit kunnen worden beschermd als dorpsgezicht. De omgeving van een beschermd monument kan beschermd worden, als die bijdraagt tot de waarde van het monument of noodzakelijk is voor zijn instandhouding of onderhoud.


































































































   10   11   12   13   14